Maak een zetsel met de bloem, de lauwe melk en de gist. Maak hiervoor een kuiltje in de bloem en roer de melk met de gister hierin tot een dikke brij. Er blijft dus nog een hoop bloem aan de rand over, dat is prima. Laat dit ca. 1 uur rijzen.

Was de (bio) sinaasappel en rasp de schil. Voeg de schil, de boter, de suiker, het zout en de dooiers toe aan het zetsel en kneed het tot een soepel deeg met deeghaken, en laat goed doordraaien tot het kneedbaar is. Kneed het deeg met de hand goed door. Laat opnieuw ca. 1 uur rijzen.

Zet ondertussen de rozijnen en sukade in de marsala en laat ook minstens een uur wellen.

Laat de rozijnen en sukade uitlekken en droog de vruchten met een keukenpapiertje. Kneed ze met de kaneel en nootmuskaat voorzichtig door het deeg, zodat de vulling goed verdeeld is. Vorm een mooie bal van het deeg.

Bekleed de panettone vorm (16 cm doorsnee, 16 cm hoog) met bakpapier, zowel een rondje onderop als een koker langs de zijkant. Maak de koker met nietjes aan elkaar zodat hij goed blijft zitten.

Leg het deeg in de vorm met de mooiste kant boven en laat hem opnieuw ca. 1 uur rijzen.

Verwarm de oven voor op op 180°C. Bak hem gaar in ca. 45 a 50 minuten, liefst met wat stoom, om te voorkomen dat de korst te snel hard wordt.

Goed laten afkoelen, de volgende dag is hij nog lekkerder. Eventueel serveren met poedersuiker of glaceren direct als hij uit de oven komt.